dinsdag 17 oktober 2017

Sokken Kal, deel 3 – Aanpassingen.

Aanpassingen:

Ik kreeg in de afgelopen week de vraag of de sok ook aangepast kon worden ( op basis van de 64 steken die we in het begin hebben opgezet), voor mensen met kleinere voeten.

Daar gaan we eerst even naar kijken.

Het patroon is namelijk constant deelbaar door 8. Dit betekent, dat mensen die een paar voor kinderen willen breien, en 48 steken op willen zetten 6 x het patroontje breien.

Mensen die 64 steken op de naalden hebben staan breien 8 x het patroontje. (en voor mensen die graag op smallere naalden breien en 80 steken opzetten voor een dichte structuur: die breien 10 x het patroontje)


Dit geeft in principe geen probleem, en vanaf dit moment zal ik dus ook de maatvoering voor deze patroontjes inbouwen en meenemen.

De tussenliggende maten – dan heb je het over: 52 steken – 56 steken – 60 steken. Maar ook voor mensen met bredere enkels: 68 steken – 72 steken – 76 steken. Die zouden dan buiten de boot vallen. Dat is niet de bedoeling – wij willen graag dat iedereen van warme sokken kan genieten.

Dit gaan we oplossen door het patroon aan de zijkanten te splitsen.

Dit lijkt lastig... valt wel mee. Je hebt namelijk in dat geval wel een aantal steekmarkeerders nodig, en/of een kabelnaald.

En nu komt een belangrijk punt: Hoe gaan we dit doen?

We gaan eerst een verdeling maken door de helft.

Als we kijken naar het kleinste patroon: 48 steken, dan is dit door de helft 2 x 24 steken. 24 steken voor de bovenkant van de voet, en 24 steken voor de onderkant van de voet. (voorkant van het been, en achterkant van het been)

Ga je 1 maat groter, dan krijg je de volgende verdeling: 1 – 24 – 1 voor de bovenkant en 1 – 24 – 1 voor de onderkant. Totaal 52 steken.

Ga je naar de volgende maat, dan krijg je de volgende verdeling: 2 – 24 – 2 voor de bovenkant en 2 – 24 – 2 voor de onderkant. Totaal 56 steken.

Ga je naar de derde tussenliggende maat, dan krijg je de volgende verdeling: 3 – 24 – 3 voor de bovenkant en 3 – 24 – 3 voor de onderkant. Totaal 60 steken.

Gaan we naar het patroon waar we mee zijn begonnen: dan is dit door de helft 2 x 32 steken. 32 steken voor de bovenkant van de voet, en 32 steken voor de onderkant van de voet. (voorkant van het been, en achterkant van het been)

Ga je naar 68 steken, dan krijg je de volgende verdeling: 1 – 32 – 1 voor de bovenkant en 1 – 32 – 1 voor de onderkant. Totaal 68 steken.

Ga je naar de volgende maat, dan krijg je de volgende verdeling: 2 – 32 – 2 voor de bovenkant en 2 – 32 – 2 voor de onderkant. Totaal 72 steken.

Ga je naar de derde tussenliggende maat, dan krijg je de volgende verdeling: 3 – 32 – 3 voor de bovenkant en 3 – 32 – 3 voor de onderkant. Totaal 76 steken.


Om het patroonbeeld niet te veel te verstoren kun je het volgende toepassen:

Voor 52 en 68 steken: Start de ronde met 1 averecht – brei 3 (4) x het patroontje, 1 averecht. Herhaal dit om de ronde compleet te maken.

Voor 56 en 72 steken: Start de ronde met 2 averecht – brei 3 (4) x het patroontje, 2 averecht. Herhaal dit om de ronde compleet te maken.

Voor 60 en 76 steken: Start de ronde met 3 averecht – brei 3 (4) x het patroontje, 3 averecht. Herhaal dit om de ronde compleet te maken.

Een andere optie:

Voor 56 en 72 steken:
Toer 1 en 3 : Start de ronde met 2 recht – brei 3 (4) x het patroontje, 2 recht. Herhaal dit vanaf het begin om de ronde compleet te maken.
Toer 2 en 4: Brei eerst de tweede steek, en daarna de eerste steek recht – brei 3 (4) x het patroontje – brei daarna de tweede en dan de eerste steek recht. Herhaal dit vanaf het begin om de ronde compleet te maken. Hierdoor ontstaat een kabeltje, die refereert aan de touwen van de kabelbaan.

Voor 60 en 76 steken: Toer 1 en 3: Start de ronde met 3 recht – brei 3 (4) x het patroontje, 3 recht. Herhaal dit vanaf het begin om de ronde compleet te maken.
Toer 2: Brei eerst de tweede steek, en daarna de eerste steek recht. Brei de derde steek recht. – brei 3 (4) x het patroontje – brei daarna de tweede en dan de eerste steek recht. Brei de derde steek recht. Herhaal dit vanaf het begin om de ronde compleet te maken.
Toer 4: Brei de eerste steek recht, brei daarna de derde steek, en dan de tweede steek recht. Brei 3 (4) x het patroontje – brei de eerste steek recht, brei daarna de derde steek, en dan de tweede steek recht. Herhaal dit vanaf het begin om de ronde compleet te maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten